DRIP studie: een dosis response onderzoek van IVIg in CIDP
Onderzoek afgerond

DRIP studie: een dosis response onderzoek van IVIg in CIDP

In deze studie onderzochten we of het vaker geven van een infuus met een lagere dosering leidt tot stabielere bloedspiegels, beter werkzaam is en minder bijwerkingen geeft.

Achtergrond

Intraveneus imuunglobuline (IVIg ) en corticosteroïden zijn bewezen effectieve behandelingen voor chronisch inflammatoire demyeliniserende polyneuropathie (CIDP).  In Nederland worden veel patiënten met IVIg behandeld vooral omdat de bijwerkingen van corticosteroïden op de lange termijn minder gunstig zijn. De meeste CIDP-patiënten hebben onderhoudsbehandeling nodig. De optimale dosering en infuusfrequentie van IVIg in CIDP is onbekend. Hoge piekwaardes van imuunglobuline (IgG) in het bloed zijn waarschijnlijk niet nodig en kunnen bijwerkingen geven. In deze studie onderzochten we of het vaker geven van een infuus met een lagere dosering leidt tot stabielere bloedspiegels, beter werkzaam is en minder bijwerkingen geeft.

CIDP patiënten die nog steeds behandeling nodig hadden en middels een vaste dosering en infuusfrequentie werden behandeld konden meedoen. In deze studie werd behandeling middels de normale dosering en interval vergeleken met behandeling volgens de halve dosering en het halve interval. De volgorde van behandeling werd bepaald volgens een loting. Noch de patiënt, noch de behandelend arts en de verpleegkundige waren op de hoogte van de volgorde (dubbelblind onderzoek). De belangrijkste uitkomstmaten waren knijpkracht (Vigorimeter), kwaliteit van leven, vermoeidheid en bijwerkingen.

Doel

Het doel van de DRIP studie is om het effect van behandeling van patiënten met CIDP beter in kaart te brengen. Hiermee hopen we in de toekomst de diagnostiek te verbeteren en patiënten gerichter te kunnen behandelen en informeren.

Stand van zaken

In totaal hebben er 25 CIDP patiënten meegedaan uit drie ziekenhuizen (Erasmus MC, Amsterdam UMC, UMCU). De gemiddelde leeftijd van de deelnemers was 67 jaar, waarvan 73% man. Patiënten werden gemiddeld al 4 jaar behandeld met IVIg. Patiënten werden behandeld met een IVIg dosering die varieerde tussen de 20 tot 80 gram per infuus, en een infuusfrequentie van eens per 14 tot 35 dagen. Van de 25 deelnemers hebben 22 deelnemers de gehele studie doorlopen. Zie voor de kenmerken van de deelnemers onderstaande tabel.

 

 

Uit de studie is gebleken dat het vaker (maar lager) doseren van IVIg gemiddeld genomen niet leidt tot een verbetering van de knijpkracht. Zie onderstaande figuur.

 

Tevens was er tussen de twee doseringsschema’s geen verschil in vermoeidheid, beperkingen, kwaliteit van leven. Het optreden van de 10 meest voorkomende bijwerkingen verschilde niet tussen de twee behandelingsschema’s. Zie onderstaande tabel.

We vonden wel dat frequenter en lager doseren stabielere IgG concentraties geeft in het bloed.

  • Conclusies van het onderzoek:
    Frequenter lager doseren van IVIg leidt niet tot een beter behandeleffect of minder bijwerkingen. Voor de onderhoudsbehandeling van CIDP zijn hoge piek waardes van IgG niet noodzakelijk.
  • Aanbevelingen voor de praktijk:
    Dit onderzoek heeft ons veel geleerd. Streef naar een wat langer interval (3-4 weken) met behoud van effectiviteit. Bij end-of-dose verschijnselen, probeer eerst IVIg dosis verhoging of stap over op subcutaan immuunglobuline (SCIg).
  • Dankwoord:
    Wij willen alle CIDP patiënten van Spierziekten Nederland die hebben deelgenomen aan de DRIP studie en de verpleegkundigen van Eurocept homecare hartelijk danken voor hun deelname aan het onderzoek!

Planning

Inmiddels is het resultaat van de studie gepubliceerd:

Blijf op de hoogte van het onderzoek

  • Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.